donderdag 30 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 7)

Even later nemen Lidia en Ester afscheid en Jonas wenst hen goedenacht en vertrekt naar boven. Dorien ruimt de afwasmachine in en Peter zegt: ‘Dorien, ik begrijp, dat jij je zaken moet regelen en dat je daar even de tijd voor moet nemen, maar ik heb liever niet, dat jij hier alleen bent met die Dick Boelens in de buurt. Ik vertrouw hem niet.

Je vertrouwt mij niet Peter’ reageert Dorien ad rem ‘en dat stoort mij bijzonder.’
Peter neemt een slokje van zijn wijn, zodat hij tijd heeft om na te denken.
En dan zegt hij: ‘Dorien, je vergeet hoe jij er aan toe was, toen ik je ontmoette.
Je was kapot toen, omdat je niet opgewassen was tegen die Dick Boelens.
Dat is inmiddels een aantal jaren geleden, denk jij nu werkelijk, dat ik nog steeds hetzelfde onschuldige meisje ben van toen?’



Nee, dat is het niet. Wat is het dan wel Peter?’ vraagt Dorien nogal agressief.
‘Dorien, je hebt heel veel van hem gehouden, heb je mij verteld. Vertel mij dan eens wat ik er van moet denken, nu jullie weer contact hebben.
 


Dorien realiseert zich, dat hij daar een punt heeft, alleen ze moet uitzoeken wat haar nog steeds aan Dick bindt.
‘Peter, ik wil eerlijk en open met je kunnen praten en ik weet, dat ik je nu pijn ga doen, want ik houd van jou, maar ook van hem.
Hoor je wat je zegt Dorien?’ Ze geeft hem geen antwoord, ook al heeft ze de neiging hem steeds gerust te willen stellen. Ze voelt zich schuldig, maar wil daar geen aandacht aan geven. Ze moet nu doorzetten.



‘Misschien moet ik niet met Jonas meegaan en wachten tot je hier alles hebt geregeld, zodat wij samen naar Frankrijk afreizen.’
Dan komt er een vastberadenheid in Dorien naar boven, dat haar doet zeggen:
‘Nee Peter, dat wil ik niet. Ik wil in alle rust tot een besluit kunnen komen, want dat lukt mij niet als jij bovenop me zit.’
Ze ziet zijn kaakspieren trekken en zijn ogen worden donker, terwijl hij haar toevoegt:
‘ik blijf. Nee, je blijft niet, want als jij blijft, ga ik weg, ik heb nu behoefte aan rust en ruimte. Gun mij dat Peter.’

Zich nauwelijks beheersend en zeer afgemeten zegt hij: ‘zoals je wilt. Denk je over een scheiding na? gaat hij verder, haar met koude ogen aankijkend. Is het verdomme al zover, dat je daarmee bezig bent?’
Haar hart gaat naar hem uit, want ze weet hoe Peter haar opgevangen heeft, toen Dick haar van het éne op het andere moment in de steek heeft gelaten.
‘Nee, zegt ze zacht, ik moet alleen met mezelf in het reine komen, geef me wat ruimte Peter en alsjeblieft vertrouw me.’

‘Ik zou graag willen, maar ik weet, dat je hart hangt aan avontuur en dat jij dit bij mij niet vindt.’
De tranen springen Dorien in de ogen, als ze hem zo hoort praten en ze ziet hem lijden. ‘Ik beloof je, dat ik je niet langer, dan nodig in onzekerheid zal laten.’
Met een grom draait Peter zich om en verdwijnt naar boven. Dorien blijft van haar stuk geblazen achter en vertwijfeld grijpt ze naar de wijnfles en schenkt haar glas nog eens vol.

maandag 27 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 6)


In de bioscoop vermaken Ester en Lidia zich opperbest met de film. Dorien herinnert zich de titel niet eens meer en ze volgt het verhaal ook niet, ze kan zich niet concentreren. Dan maar niet, besluit ze en geeft zich over aan het woedende gevoel, dat ze nog steeds bij zich draagt en dan ineens weet Dorien waar die woede vandaan komt. Als een donderslag bij heldere hemel realiseert ze zich, dat ze hoopte, dat Dick voor een leven met haar zou kiezen.
Hij heeft voor zijn huidige leven gekozen en daarin is een marginale plek voor Dorien ingeruimd. Hij vindt haar dus niet zo belangrijk en hun liefde al helemaal niet.
Daar zit de crux realiseert ze zich.

Hoe dan ook dit sluit niet aan op haar behoeftes en daar zal ze het mee moeten doen, maar niet helemaal, want Dorien is niet van plan zich afhankelijk op te stellen.
Enfin daar gaat ze de komende tijd eens op haar gemak naar kijken en dat geeft haar rust, want meteen is het nare gevoel en de woede verdwenen.
Ze geeft toe aan de moeheid, die zich meteen kenbaar maakt en laat de verdere avond over zich heen komen.

Peter en Jonas zitten aan de eettafel, als Dorien thuiskomt met Lidia en Ester in haar kielzog om de dag af te sluiten en twee paar ogen kijken hen zo ondeugend aan, dat ze spontaan in de lach schieten.

Als twee stoute jongetjes zitten ze zich te goed te doen.
‘Wij hebben scones gebakken’ verklaart Peter zich nader, ‘willen jullie ook?
Nou graag natuurlijk.’


Dorien gaat naar de keuken om koffie te zetten en Peter volgt haar en kijkt haar vragend aan. ‘Wat is er?’ vraagt Dorien. Jouw vriend Dick Boelens heeft gebeld’ zegt hij. Dorien schrikt, maar houdt zich goed.
“Heeft hij een boodschap doorgegeven? Nee, je wist wel waar hij voor belde,’ zegt Peter en hij gaat verder met: ‘wat is er aan de hand tussen jullie beiden?
Nog niets,’flapt Dorien eruit en Peter pakt haar bij haar bovenarmen en dwingt haar hem aan te kijken.
‘Ben je dat van plan dan? Ik weet nog niet wat ik wil,’ geeft Dorien toe.
Ze ziet zijn gezicht wit worden en hij kijkt ontsteld.
‘Hier wil ik verder over praten Dorien, als Lidia en Ester weg zijn, hier wil ik meer van weten. Ik hoop, dat je weet wat je doet’. Het klinkt een beetje dreigend en
Dorien merkt, dat ze gaat trillen.

Gelukkig komt op dat moment Ester binnen vallen en die doet alsof ze de spanning tussen Peter en Dorien niet opmerkt en vraagt onschuldig: ‘ kan ik helpen met inschenken?

Graag’, antwoordt Dorien opgelucht. Ze pakt de kopjes en geeft dit op een blaadje aan Ester, Peter pakt de koffiepot en in optocht gaan ze naar de eethoek.
Jonas is opgewekt met Lidia aan het praten over hun plannen om gezamenlijk een boek te schrijven, dat Peter en hij aan het voorbereiden zijn.
‘Jullie hebben een bepaalde manier van samenwerken gevonden?’vraagt ze.‘Nee, daarover moeten wij nog brainstormen en we hebben het plan opgevat om dit in Frankrijk uit te werken, waar ik een tweede huis heb.
Ga je met ons mee Dorien?’ vraagt Peter en Jonas haakt daarop in met: ‘Je bent van harte welkom, je moet je wel alleen zien te vermaken, zoals je zult begrijpen, maar ’s avonds neem ik jullie mee naar de allerleukste en gezelligste restaurantjes, die ik daar ken. Wat vind je ervan?’ En verwachtingsvol kijken Jonas en Peter haar aan.

‘Wij zijn net terug uit Bergen en ik moet het één en ander doen, want je weet misschien niet – en daarbij kijkt ze Jonas aan – dat ik een internet adviesbureau heb? Ik heb een paar aanvragen liggen, die ik moet behandelen, die kunnen niet blijven liggen.
Bij een intake geef ik de voorkeur aan een persoonlijk gesprek en dit doe ik meestal bij mij thuis, zodat wij over en weer weten met wie wij te doen hebben.
Ook de evaluaties doe ik op die manier,' hoort Dorien zichzelf ratelen.
 
Het huis in zuid Frankrijk
Peter’s gezicht betrekt, ook Jonas kijkt teleurgesteld en daarom voegt ze er aan toe:
‘Wat vinden jullie ervan, als ik de zaken zo snel mogelijk probeer af te handelen en jullie na reis over een paar dagen? Ik neem aan Jonas, dat je in Frankrijk internet hebt? Want dan kan ik mijn werk gewoon blijven doen.
Wij praten er straks verder over Dorien', zegt Peter nogal strak, 'want ik heb liever, dat je meteen meegaat.'

vrijdag 24 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 5)

Ginnegappend zoeken ze een tafeltje en bestellen een lunch met vers sap en broodjes.
Ester vraagt na enige tijd, terwijl ze een croissant belegt met kaas: 'wat trok je in eerste instantie aan in Dick? Oh, dat weet ik nog precies', begint Dorien. 'Het was alsof ik hem kende. Ik vertrouwde hem meteen en voelde, dat hij dingen in mij raakte, die tot dan toe onbekend waren gebleven. Of spreek ik nu orakeltaal Ester?
Nee, absoluut niet, dat is wat wij doen als we verliefd worden of zijn, onze behoeftes projecteren op een persoon, die ons aantrekt.

‘Heb ik je wel eens verteld, dat hij ook een donkere kant heeft?’ Ester schudt haar hoofd, onderwijl een slok verse sinaasappelsap nemend: ‘ja, hij heeft een kant in zich, waaraan hij een bloedhekel heeft en waaraan hij ook geen weerstand kan bieden.
Bedoel je, dat hij een zwarte kant heeft? Want een donkere kant hebben wij natuurlijk allemaal,' meent Ester te weten.
'Mijn gevoelens ten opzichte van hem zijn soms zo tegenstrijdig, het lijkt wel alsof hij uit twee mensen bestaat en dat is verwarrend. Hij haalt fantasie en werkelijkheid soms door elkaar', houdt Dorien de boot af.
Met een frons tussen haar wenkbrauwen slaat Dorien nadenkend het kapje van haar ei en ze voelt hoe de spieren in haar schouders pijnlijk aanvoelen en bewust laat ze haar schouders zakken om zich te ontspannen.

Wat zoek je bij hem, waarin prikkelt hij jou?' vraagt Ester.
Toen ik hem leerde kennen stimuleerde hij mij om mijn grenzen aan te geven en dat sprak mij aan, omdat ik toen niet altijd begreep van waaruit ik handelde. Ik was gewend van huis uit, dat het nooit goed genoeg was en nooit voldoende, wat ik ook deed.
Hij vond mij goed, zoals ik was. Het was voor mij een openbaring om te merken, dat mijn verstand en gevoel integreerden, waardoor ik betere afwegingen kon maken en niet impulsief meer handelde. Hij was in de eerste plaats een soort vaderfiguur voor mij. Behoefte aan aandacht en warmte had ik en dat gaf hij mij in ruime mate. Ik voelde me steeds zekerder worden. En humor, ik kan niet zonder humor en dat heeft hij.


Totdat hijzelf steeds meer aandacht voor zichzelf ging vragen en de rollen omdraaiden. Hij werd een adolescent en ik de moeder en soms wisselden de rollen en was ik weer het kind.
Maar ook die fase ging voorbij en daarna hebben wij een tijdlang geen contact gehad.
Totdat hij mij schreef, dat hij mij liefhad en voorstelde om met elkaar te mailen.
Maar toen kende ik Peter al.

'Jullie hebben veel met elkaar gedeeld' concludeert Ester, nadat ze het verhaal van Dorien heeft laten bezinken. 'Relaties met anderen is het moeilijkste wat er is, want als het niet goed zit, dan levert het in plaats van tevredenheid, alleen maar angst op.
'Als je het leven durft te leven, word je vanzelf wijs, zei mijn opa altijd, vertelt Ester, 'maar het leven is en blijft een geheimzinnig iets.'

'Hoor eens ik heb nu zin in een glas wijn. Oké' en Ester wenkt de ober en bestelt een fles rode wijn. Een hele fles? Zeker, dat is nodig,' beslist Ester, 'het is namelijk ook een medicijn.
Zullen we Lidy bellen om een glas mee te drinken en dan samen ouderwets gezellig naar de bioscoop?' stelt Dorien voor.

Ester belt Lidy en terwijl ze overlegt met hun gezamenlijke vriendin, voelt Dorien, dat het wel even genoeg is geweest voor dit moment.
Ze is te gespannen om helder te denken, de woede heeft weer bezit van haar genomen en ze wil haar vriendinnen niet opzadelen met haar frustraties.
Even er tussenuit denkt ze, tot rust komen en voelen wat ik wil.

(wordt vervolgt)
Alle namen zijn gefingeerd en de geschiedenis, die ik beschrijf is uitsluitend aan mijn fantasie ontsproten

zaterdag 18 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 4)

De volgende dag wordt Dorien wakker met het haarscherpe beeld van Dick voor ogen.
'Wat zal er gebeuren, als ik de waarheid aan Peter vertel, vraagt Dorien zich ongemakkelijk af.
Maar waarom zal ze hem kwetsen en zijn leven nodeloos ingewikkeld maken?'
Dorien realiseert zich, dat ze beide mannen nodig heeft als aanvulling op haar persoonlijkheid.

Op dat moment gaat de telefoon, het is Ester.
Ester bedankt Dorien voor de gezellige avond en vraagt dan: 'hoe gaat het met je?'
'Goed', zegt Dorien en ze gaat verder met: 'hoe is de presentatie verlopen?'
'Prima, maar ik bel eigenlijk om je uit te nodigen voor een lunch in Oortjeshekken in de Ooypolder'.
'Dat lijkt me heerlijk!' roept Dorien uit. Ester schiet in de lach en vraagt:
Oortjeshekken
'Ben je uitgehongerd? Een beetje maar', lacht Dorien met haar mee.
'Zou ik tijdens het eten iets met je kunnen bespreken, iets waar ik mee in mijn maag zit? vraagt
Dorien wat aarzelend. 'Tuurlijk' komt Ester meteen en ze vraagt: 'kan ik je zo komen halen om naar Oortjeshekken te gaan? Heb je daar zin in? Gewoon even lekker uitwaaien.'
'Ik ga me snel douchen en aankleden, antwoordt Dorien. Wat denk je kun je over een half uur hier zijn?
Akkoord, je ziet me zo verschijnen.

Dorien draait alvast de kraan van de douche open, waarna ze snel een blik werpt op haar email en ziet, dat Dick haar gemaild heeft. 'Dat kan wachten' bedenkt Dorien zich en haast zich onder de warme stralen. Ze ontspant en voelt dan hoe moe ze is.
Spijkerbroek, een warme trui en wandelschoenen, zo ze is klaar en tegelijkertijd ziet ze de auto van Ester aankomen. Dorien haast zich naar de deur en verwelkomt haar aanstaande schoonzus met: 'Wil je eerst nog een kop koffie? Dank je Dorien, ik heb al genoeg koffie gedronken tijdens de presentatie.
Zullen we meteen maar gaan?' Dorien staat haar jasje al aan te trekken. 'De paden op, de lanen in..' zingt Dorien, alhoewel dat er zo hees en gebarsten uitkomt, dat Ester haastig roept: 'laat maar, laat maar....'
'Oké, oké, zegt Dorien schijnbaar gebelgd, 'ik weet, dat je elk muzikaal gevoel mist.'

Na de auto geparkeerd te hebben lopen ze zwijgend in de richting van de Ooypolder. De zon komt warempel door en genietend met de zon op hun gezichten beginnen beiden tegelijkertijd te praten, zodat ze lachend ook meteen weer stoppen daarmee.
Maar dan begint Dorien met: 'ik weet eigenlijk niet waar ik moet beginnen, het lijkt wel alsof de emoties en gevoelens over elkaar heen buitelen en ik er geen grip op kan kijgen.'
'Dick Boelens! zegt Ester alleen maar. Ja Ester, Dick Boeles' en dan valt Dorien weer stil.
Ester wacht rustig af en na verloop van tijd zegt ze: 'Is het zo moeilijk?' 'Ja', anwoord Dorien en weer stokt ze.

De Ooypolder
Met veel moeite brengt Dorien uit: 'ik zou wensen, dat ik Peter en Dick beiden zou mogen behouden, maar ik heb het gevoel, dat ik moet kiezen. Waarom zou je moeten kiezen?' vraagt Ester zacht.
'Ik weet niet meer wat ik wil en moet en zal. Het is zo verwarrend en' ...gaat Dorien verder, 'het voelt alsof me alles overkomt en ik geen grip meer op mezelf heb.
Ik houd van Peter, alleen hij wil mij altijd beschermen. Een kind voel ik me bij hem, veilig en beschermd, maar ook klein gehouden, terwijl Dick, bij hem leef ik intens. Samen zijn wij het leven zelf, ik houd waanzinnig veel van hem, dat realiseerde ik me gisteravond weer, toen ik hem zag' ratelt Dorien en Ester onderbreekt haar met: 'Waarom heb je hem opgezocht gisteravond?'

En dan vertelt Dorien over de brief van Dick, dat ze hem niet kon bereiken om zijn uitnodiging af te zeggen, maar ook, dat het verlangen naar Dick aan haar trok en dat ze, toen ze hem zag geen verweer meer had en was blijven eten.
'Wat houd je tegen om dit tegen Peter te zeggen?' Dorien kijkt Ester met opgetrokken wenkbrauwen aan: 'je kent Peter immers, hij is ondanks zijn vooruitstrevendheid nogal conservatief. Ik ben bang, dat hij zal eisen, dat ik meteen het contact met Dick moet verbreken.
En dat wil je niet', constateert Ester en dan:
'wat ik zie Dorien, is dat je altijd je best doet om het anderen naar de zin te maken. Misschien is het tijd  om de bakens te verzetten? Wat zou je nu bijvoorbeeld het liefste willen?
'Een lunch, Ester, een heerlijke onverantwoorde lunch', roept Dorien overmoedig.
'Nou meis, het is natuurlijk teveel gevraagd, maar ik doe van harte met je mee. Kom op, wij zijn er bijna en weet je wat? Wij nemen er een glas wijn bij. Wie doet ons wat!'
Lachend en stoeiend vallen ze min of meer het restaurant binnen.

(wordt vervolgd)
N.B. Alle namen zijn gefingeerd en de geschiedenis, die ik beschrijf is puur aan mijn fantasie ontsproten.

zaterdag 11 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 3)


Op dat moment vraagt Peter aan Dorien: 'Hoe was jouw etentje?'
Dorien overweegt wat ze zal zeggen, ze heeft amper tijd gehad om tot zichzelf te komen, want de aanwezigheid van Dick Boelens voelt ze nog steeds, maar daar is Peter, die een antwoord verwacht.
Ze zegt na diep ademhalen: 'Ja, ik heb heerlijk gegeten in 'De Engel' in Doodewaard met Dick Boelens.
Wij hebben oude herinneringen opgehaald.'
De Engel in Doodewaard

'Hebben jullie nog steeds contact' verwondert Ester zich. 'Vroeger hing die man altijd om je heen, herinner ik mij. Hoe gaat het met hem? Voor zover ik dat kan beoordelen, gaat het goed', antwoordt Dorien ietwat onzeker. Ze voelt de blikken van Peter op zich rusten en kleurt een beetje.
'Werkt hij nog steeds?' wil Ester weten. 'Jazeker, gaat Dorien opgelucht in op de vraag van Ester: 'hij werkt nu aan de universiteit van Utrecht en woont nog steeds in Nijmegen.'
Het gesprek wordt daarna weer algemeen, want Dick Boelens zegt het bezoek weinig en dat geeft Dorien de mogelijkheid om even weg te dromen.

Haar gedachten gaan terug naar het moment, dat ze probeerde om Dick te bellen wat niet lukte en dat ze zich daarna realiseerde, dat ze geen weerstand kon bieden aan zijn uitnodiging.
Ze pakt een strakke spijkerbroek, het bijpassende nieuwe topje en haar donkerblauwe leren jasje uit de kast en zet alvast de douche aan. Meteen grist ze de benodigde handdoeken van de plank en haast zich onder de warme stralen, die rustgevend werken.
Ze droogt zich af, spuit wat eau de toilette op haar huid, borstelt d'r haar en gebruikt een vleugje lippenstift. Zo klaar!

Toen herinnerde ze zich ineens, dat ze haar autosleutels aan het zoeken was, voordat haar blik op de brief van Dick viel. Als ze de trap afkomt ziet ze de sleutels gelukkig meteen al liggen op de tafel in de hal.

Centrum Nijmegen
Dorien pakt het stuur van de auto vast, alsof ze een reddingboei nodig heeft. 'Kom op nu, stel je niet aan, het is Dick Boelens maar, die op je wacht', denkt ze ongeduldig wordend, 'die kun je toch zeker wel aan.' Inmiddels rijdt ze het centrum van Nijmegen binnen en waarachtig het lukt haar ook nog om een parkeerplaats te vinden.


En dan....ziet ze Dick staan in de tuin op de hoek van zijn huis. Staat hij daar om naar haar uit te kijken? Hij heeft haar al gezien en grijnst. Dorien's adem stokt even, ze ziet zijn slanke gestalte gekleed in een spijkerbroek met blauw shirt en een bruin kort jasje. Ze krijgt een neiging om te vluchten, maar ze onderdrukt dit gevoel en stapt naar hem toe, maar haar benen laten haar bijna in de steek, zo trillen ze.
Hij is al bij haar en slaat zijn armen om haar heen.
'Ik kom het etentje afzeggen', begint ze stoer, maar dan ziet ze zijn ogen en kust hem en voelt, dat ze geen weerstand aan hem kan bieden. 'Foute boel' denkt ze nog en dan geeft ze zich over en blijft hem kussen.

(wordt vervolgd)
N.B. Alle namen zijn gefingeerd en de geschiedenis, die ik beschrijf is puur aan mijn fantasie ontsproten.

donderdag 2 mei 2013

IK HOUD VAN JOU, MAAR OOK VAN HEM (deel 2)

Peter kijkt op zijn horloge, het loopt tegen 22.30 uur en hij ziet dat Jonas  zijn glas leegdrinkt. ‘Jonas’ roept Peter, terwijl hij tegelijkertijd naar hem toeloopt ‘hoe denk je erover? Zullen wij eens op huis aangaan? Ik denk, dat Dorien inmiddels ook wel thuis zal zijn.’
Jonas laat zich van de barkruk glijden in het café, waar ze met een paar deelnemers van het symposium zijn neergestreken. Hij rekt zich een beetje uit en zegt: ‘Mijn idee, de dag is lang genoeg geweest.’ Beiden begeven zich naar de garderobe na afscheid genomen te hebben van hun medecursisten en zoeken hun jassen. Terwijl ze daar mee bezig zijn, ziet Peter, Ester, de vriendin van Geert, ook haar jas pakken.
‘Hé Ester’ roept Peter,’ ga je nog even mee naar Dorien voor een laatste glas? Gezellig, ja graag' beantwoord ze zijn vraag. 'Alleen ik blijf niet lang, want ik heb morgen een presentatie te verzorgen.'

Ze lopen naar de parkeergarage in het centrum van Nijmegen, vlak bij het museum ‘Valkhof’ en rijden even later over de Waalbrug richting dijkhuis.

De Waalbrug, Nijmegen
‘Hebben jullie de lezing van de Amerikaanse filosofe Susan Neiman gevolgd?’ vraagt Ester. Ja, licht Jonas haar in, ‘de Pierre Bayle-lezing, vernoemd naar de Franse verlichtingsfilosoof die in 1681 naar Nederland vluchtte’.

Het was een boeiende lezing', vertelt Peter verder, 'omdat de boodschap van de Verlichting nog steeds actueel en relevant is, want de verlichtingsfilosofen formuleerden denkbeelden, die nu nog een morele leidraad vormen voor ieder weldenkend mens. Neem de rechtsstaat nou eens als bijvoorbeeld: toen al ging het over gelijke rechten voor man en vrouw en de rechten van de mens'.

Dan neemt Jonas enthousiast het gesprek van Peter over en informeert Ester verder over het symposium. ‘De uitgangspunten waar wij over gesproken hebben zijn: de pubers, die de kont tegen de krib gooien, als ze merken dat de wereld niet aan hun verwachtingen voldoet en dan worden ze aan de andere kant ook nog eens geconfronteerd met de volwassenen, die heel goed begrijpen, dat de wereld weerbarstig is en dat veranderingen moeizaam tot stand komen.
'Weet je, zegt Ester 'wat ik erg vind? Ik zie toch soms mensen van onze eigen leeftijd, wereldwijs maar toch al als enigszins uitgebluste figuren, die de idealen uit hun jeugd hebben opgegeven. Nou.... 'begint Jonas, maar dan wordt hij in de rede gevallen door Peter, die zegt:
‘Wij zijn er, mevrouw en meneer’.

De voordeur gaat meteen open en Dorien verwelkomt Peter liefdevol en de gasten hartelijk.. ‘Wat gezellig' roept ze uit en Peter kijkt haar even aan, reageert ze niet wat te gespannen? Ook haar wangen lijken roder dan normaal, of verbeeldt hij zich dat nou?

Binnen brandt de open haard en een opengeslagen boek ligt op tafel naast een halfvolle wijnglas. 'Ah', merkt Ester genoeglijk op: 'je hebt muziek van Leonard Cohen opstaan.
Ga zitten mensen' roept Peter vanuit de hal, waar hij bezig is hun jassen op te hangen.
Dorien houdt de wijnfles uitnodigend ophoog naar haar bezoek. 'Willen jullie ook een glas rode wijn of liever iets anders?' Peter komt weer binnen en zegt tegen Dorien: 'ik zorg wel voor de drankjes.
Graag' zegt Dorien, terwijl ze hem in het voorbijgaan een kus geeft, 'dan haal ik wat hapjes uit de keuken.'
Als ze terug komt met een schaaltje olijven, toastjes, een kaasplateau en wat nootjes valt ze middenin een gesprek over Immanuel Kant en verneemt ze, dat het  een gedachte-experiment betreft. Terwijl Dorien al redderend de hapjes op tafel zet, waarna ze zich nestelt naast Peter op de bank, vertelt Jonas wat er in de groep tijdens het symposium is besproken.

'Het gaat om een man, die naar het bordeel gaat, terwijl hij eigenlijk niet wil.
Zijn lust is sterker, dan de wil om trouw aan zijn vrouw te blijven.
Totdat er een galg voor het bordeel wordt gezet. Iedereen, die naar de hoeren is geweest, wordt opgehangen. Plotseling blijkt deze man zeer goed in staat te zijn, zijn driften te beheersen. Dat is ook logisch, want wie dood is, kan nergens meer van genieten. Iedereen zou dezelfde keuze maken, aldus Kant.
Immanuel Kant: De mens heeft altijd een keuze

Maar ja, dan wordt dezelfde man bij de koning ontboden, een wrede tiran, die een onschuldige burger ter dood wil laten brengen. Voor de vorm moet een andere burger een brief schrijven waarin het slachtoffer van allerlei wandaden wordt beschuldigd.
Aan de losbol wordt gevraagd de brief te schrijven. Als hij weigert, wordt hij zelf geëxecuteerd. Nu is de keuze helemaal niet meer zo duidelijk.
Wat vinden jullie?' vraagt Peter aan de vrouwen.
'Nou....' begint Ester aarzelend, 'de meesten zouden volgens mij uit doodsangst de brief schrijven.'
Dorien heeft haar twijfels, want zegt ze: 'ik geloof dat nog niet zo, want mensen zijn volgens mij wel bereid te sterven voor een nobele zaak, maar niet voor hoerenbezoek.'

En ze denkt onderwijl: 'zou ik bereid zijn te sterven voor een nobele zaak? Dick Boelens is geen nobele zaak toch? Mijn redelijk vermogen heeft een moreel besef,  maar er is een deel in mezelf dat geen moraal heeft, dat deel dient iets anders', realiseert ze zich machteloos.

(wordt vervolgd)
N.B. Alle namen zijn gefingeerd en de geschiedenis, die ik beschrijf is puur aan mijn fantasie ontsproten.